vrijdag 21 maart 2014

KJV Wevelgem ontmoet Stefan Boonen


Vrijdag 14 maart: eindstemming van de Kinderjury! De reus van de zomerflat staat in de Wevelgemse  top-3 van Groep 3. De leden keken dan ook uit naar de ontmoeting met Stefan Boonen die we gepland hadden. Tijdens de laatste KJV-sessie bereidden ze de vragen voor die ze hem woensdag 19 maart zouden stellen.


Hoeveel boeken heb je al geschreven?  [Merel]
84 stuks! Daar zitten natuurlijk enkele reeksen bij: de opa-prentenboeken en de reeks van Elvis De Draak.

Ben je al lang bezig met schrijven?  [Widad]
Al 14 jaar. Toen ik 18 jaar was, heb ik mijn eerste verhaal voor grote mensen geschreven. Weet je wat raar is? Als kind was ik helemaal niet goed in taal. Dt-fouten dat ik gemaakt heb!

Met hoeveel schrijvers en illustratoren heb je al samengewerkt?  [Robbin]
Ik heb nog nooit met een andere schrijver samengewerkt. Wel met verschillende illustratoren. Een boek illustreren is best moeilijk. Het personage moet er altijd hetzelfde uitzien, het hele boek door. Ik weet dat Frank Daenen wel 400 maal (!) het konijn Laps getekend heeft, voordat hij aan de illustraties van mijn boek begon. Nu werk ik aan een boek met Tom Schoonooghe, en er is ook een nieuw opa-boek met tekeningen van Marja Meijer in de maak. Ik werk altijd heel nauw samen met de illustrator, we verbeteren elkaar wel eens.


Is het moeilijk om een boek te schrijven?  [Noor]
Voor ik een boek schrijf, wil ik eerst zelf meemaken wat ik zal schrijven. Voor De reus van de zomerflat heb ik bijvoorbeeld echt een groot appartement bezocht. Maar het kan nog enger. Zo heb ik voor het boek dat ik nu aan het schrijven ben een nacht helemaal alleen in een bos doorgebracht. En voor Elvis De Draak en de zeven zombies ben ik op het kerkhof gaan slapen. Het spannendste dat ik ooit deed --maar dat was voor een foto-- is een slang rond mijn nek laten hangen. De eerste minuten vond ik dat heel griezelig, maar dan was het net of ik een sjaal aan had. Een boek schrijven? Niet moeilijk, wel spannend!

Wat is er zo leuk aan schrijver-zijn?  [Eva]
Het leukste is dat ik ‘slecht’ mag zijn als ik een boek aan het schrijven ben. Mijn personages doen soms dingen die ik helemaal niet durf. Ook is het leuk om te overdrijven, dat maakt een boek pas boeiend -- of grappig.

Waar haal je inspiratie vandaan?  [Sara]
Wel, ik ben een héél nieuwsgierige mens. Daarnaast gebruik ik dingen die ik zelf heb meegemaakt of gehoord heb van familie, mijn kinderen, op tv of radio. Soms verwerk ik kleine dingetjes die ik zie in mijn boeken en verder heb ik een hoofd vol fantasie.


Al meegemaakt dat je inspiratie op was?  [Geike]
Mm, na elk boek las ik een rustperiode in. Dan lees ik veel, bezoek tentoonstellingen, ga naar de film en probeer mijn hoofd leeg te maken. Dan komt de inspiratie weer vanzelf opzetten.

Welk soort boeken schrijf je zoal?  [Conny]
Ik schrijf jeugdboeken voor alle leeftijden (prentenboeken tot jongerenromans), informatieve boeken en toneelteksten.

Wanneer wist je dat je auteur zou worden?  [Els]
Vroeger werkte ik in een tehuis voor jongeren met problemen. Ik schreef als hobby. Op een bepaald moment heb ik mijn werk opgegeven, hoewel ik nog geen contract had om boeken te maken. Nu kan ik leven van mijn pen.

Welk beroep zou je nu kiezen, mocht je geen schrijver zijn geworden?  [Annelies]
Als ik nu een beroep moet kiezen: boswachter. Of fotograaf.

Hoelang duurt het om een boek van ongeveer 100 blz. te schrijven?  [Charlotte]
Dat hangt ervan af. Soms schrijf ik maar 5 zinnen per dag en soms 5 bladzijden. Gemiddeld werk ik 1 à 2 maanden aan een boek.


Wat is jouw dikste boek?  [Robbin]
Mijn dikste boek is niet het dikste boek. Rare zin hé. Nachtvuur, een boek voor jongeren, is het langste verhaal, maar dit is niet het dikste boek. De vindeling van Wammerswald en De reus van de zomerflat zijn dikkere boeken, maar met minder tekst.

Originele boeken schrijven, is dat niet héél moeilijk?  [Bjarne]
Best wel. Ik ben heel streng voor mezelf. Ik heb eens voorgehad dat ik al 90 pagina’s had. Bij het nalezen vond ik er niets meer aan. Dus heb ik zeker 70 pagina’s weggegooid. Ik vraag me voortdurend af: hoe maak ik het verhaal goed?

Heb je soms het probleem dat je verhaal op een ander verhaal lijkt?  [Geike]
Misschien op een verhaal dat ik vroeger geschreven heb. Nog nooit op een verhaal dat iemand anders geschreven heeft.

Welke zelfbedachte titel vind je het mooist?  [Merel]
Makkelijke vraag. De vindeling van Wammerswald. De titel klinkt heel goed en er staat een woord in dat eigenlijk niet bestaat: vindeling. Dat is mijn mooiste titel, vind ik. Soms schrijf ik eerst het verhaal en bedenk dan pas een titel, soms is het omgekeerd. Ik zoek ook altijd op of de titel niet al bestaat.


Stel je jezelf soms voor dat jij een KJV-lid bent tijdens het schrijven?  [Geike]
Eigenlijk niet. Wat ik wel heel belangrijk vind, is dat mijn verhalen geschikt zijn om voor te lezen. Want dat wil zeggen dat de zinnen mooi zijn en dat er een goed tempo in het verhaal zit. Dus misschien toch een ‘luisterend jurylid’.

Ben je er fier op dat je al zoveel boeken geschreven hebt?  [Merel]
Ik ben er niet fier op dat ik al zoveel boeken geschreven heb. Ik ben wel heel fier als ik hoor hoeveel kinderen mijn boeken lezen en vooral als kinderen me zeggen dat ze mijn boeken leuk vinden.

Waar werk je het liefst?  [Els]
’s Morgens ga ik vaak op café schrijven. Ken je het leescafé van de bibliotheek in Leuven? Ik heb er geen problemen mee dat er mensen om me heen zitten. In de namiddag trek ik me terug in mijn werkkamer. Aan mijn bureau aan het raam tik ik uit wat ik ’s morgens schreef op mijn computer.

Als je een boek aan het schrijven bent, laat je dan soms iemand stukjes lezen?  [Annelies]
Nooit! Mijn vrouw mag wel de eerste versie lezen én zelfs verbeteren!

Een kaft maken, hoe gaat dat in zijn werk?  [Widad]
Daar kan ik weinig over vertellen. Ik lever de titel, de illustrator maakt de tekening en de vormgever doet de rest. De kaft wordt in de fabriek gemaakt. Mijn laatste boek is gedrukt in China.


Wat is jouw lievelingsjeugdboek?  [Charlotte]
Da’s een moeilijke vraag, er zijn er zoveel. Toch zijn er enkele boeken waarvan ik denk, die had ik willen schrijven: Pudding Tarzan van Ole Lund Kirkegaard en De GVR van Roald Dahl.

Naar welke schrijver kijk jij op?  [Margaux]
Edward Van de Vendel vind ik heel goed. Roald Dahl, natuurlijk. En Guus Kuijer. Fantastische schrijvers!

Welke illustrator vind je het leukst om mee samen te werken?  [Bjarne]
Dat zeg ik niet! Daar komt alleen maar ruzie van! Elke illustrator heeft een eigen stijl: de ene past beter bij mijn leesboeken, de andere bij mijn prentenboeken.

Ben je zelf een lezer? Wat lees je graag?  [Conny]
Ik lees veel, afwisselend romans, informatieve boeken en jeugdboeken. Ik hou erg van de boeken van Jeroen Brouwers en John Irving.

Welke vraag ben je echt beu gehoord? Welke vraag zou je graag eens krijgen?  [Els]
Wat men heel vaak vraagt: ben je de broer van Tom Boonen? Néé, dus. Al zeg ik soms ja. Ook een vraag waar ik onmogelijk kan op antwoorden: 'Wat is het lievelingsboek van jezelf?' Da’s hetzelfde als vragen welk kind je liefst ziet, hé. Welke vraag ik graag zou krijgen? Da’s een moeilijke, moet ik over nadenken.


Bedankt, Stefan, voor de openhartigheid waarmee je onze vragen beantwoordde!
-Bjarne, Noor, Merel, Widad, Robbin, Geike, Eva, Annelies, Charlotte, Margaux, Sara, Sana, Els en Conny

0 reactie(s):